SV | En Juda toog op, en de HEERE gaf de Kanaanieten en de Ferezieten in hun hand; en zij sloegen hen bij Bezek, tien duizend man. |
WLC | וַיַּ֣עַל יְהוּדָ֔ה וַיִּתֵּ֧ן יְהוָ֛ה אֶת־הַכְּנַעֲנִ֥י וְהַפְּרִזִּ֖י בְּיָדָ֑ם וַיַּכּ֣וּם בְּבֶ֔זֶק עֲשֶׂ֥רֶת אֲלָפִ֖ים אִֽישׁ׃ |
Trans. | wayya‘al yəhûḏâ wayyitēn JHWH ’eṯ-hakəna‘ănî wəhapərizzî bəyāḏām wayyakûm bəḇezeq ‘ăśereṯ ’ălāfîm ’îš: |
En Juda toog op, en de HEERE gaf de Kanaanieten en de Ferezieten in hun hand; en zij sloegen hen bij Bezek, tien duizend man.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En Juda toog op, en de HEERE gaf de Kanaanieten en de Ferezieten in hun hand; en zij sloegen hen bij Bezek, tien duizend man.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!